Home |Over ons |Agenda |Toernooien |Geschiedenis |Sponsor ons |Links |Contact |Archief |Help |


Nieuws van derden
Schaakproblemen
Fen-code omzetten
Toegankelijke schaakprogrammas
Inloggen
Onze webshop
Privacy reglement

16-02-2018 Verhaal van een deelnemer aan het ONK 2018

Loper Ceasar 4. Eva 6, Eva 7”.
Voor wie de codetaal niet begrijpt is het in Nunspeet een lastige middag. Op de tweede dag van het Open NSVG Kampioenschap Schaak gaat het allemaal net even anders. Een groot deel van de deelnemers beoefent de sport met een visuele beperking. Waar je in een normale schaakarena veel rust zou verwachten, is het in Nunspeet rumoer wat de klok slaat.

Van de spelers wordt verwacht dat ze hun zetten bijhouden, maar op papier kan dat voor de deelnemers hier wat moeilijk zijn. Sommigen nemen met een bandrecorder hun zetten op via spraak, anderen gebruiken een speciale computer.
Dat is waar de codetaal vandaan komt. Het schaakbord telt 64 vakken en bij elk vak hoort een cijfer en een letter. Van A1 linksonder tot H8 in de rechterbovenhoek. Eva 6 is dus E6.

Elk obstakel uitgedacht
Maar wacht even? Onthouden de spelers dan elke zet op het bord, want veel spelers die het bord niet kunnen zien, moeten toch weten waar hun stukken staan? Al helemaal die van de tegenstander.

,,We spelen op twee borden’’, vertelt Bastiaan Gramser. Hij is voorzitter van de Nederlandse Schaakvereniging van Visueel Gehandicapten en is met maar vijf procent zicht geboren. ,,De stukken bevatten kleine uitsteeksels onderaan en we kunnen ze in het bord vastmaken. Op die manier kunnen we de stukken voelen, zonder ze om te stoten”, stelt hij met vernuft. Het verschil tussen wit en zwart? Bovenop de zwarte stukken zitten ook kleine puntjes, waardoor elk mogelijk obstakel is uitgedacht.

Bastiaan in opperste concentratie in zijn derde partij van het toernooi

Fanatisme in oase van rust
,,Nou ja, bijna allemaal”, beweert hulpscheidsrechter Rene Buisman. ,,Omdat hier op twee borden gespeeld wordt, moeten de zetten wel juist aan de tegenstander worden verteld. Die moet de zet spiegelen op zijn eigen bord. Dat gaat nogal eens mis”, knipoogt hij. ,,Het zijn allemaal zeer vriendelijke spelers hier. Maar als het op schaken aankomt kan er nog wel eens iemand fanatiek worden.” Terwijl hij ons te woord staat komt er een korte ,,ssst!’’ uit de zaal, te veel gezegd.

Het geroezemoes gaat voorbij aan de geleidehonden, die onder een paar tafels liggen. Ze hebben een middag vrijaf, want een partij kan op zijn langst vier uur duren. Rustig indutten kan dus geen kwaad. Het hotel is er de ideale plek voor, rustiek gelegen aan de rand van een bos.













Schakeritus
Eerder dit jaar werd Mees van Heij Nederlands kampioen in zijn leeftijdsgroep. Het contrast is moeilijk groter voor te stellen. Het kleine mannetje van negen jaar speelt tegen de 80-jarige Bernard Sojka uit Frankrijk. Bernard werkte voor zijn pensioen op het Franse Ministerie van Financiën en is geen kleintje in de schaaksport. Hij raakte blind aan één oog na een valpartij in Parijs. Mees sleepte er een remise uit, onder toeziend oog van zijn vader. Hij zat bij de tafel om de zetten van de jongeling duidelijk te vertalen naar de Fransman. ,,Mijn Engels is nog niet zo goed”, verklaart Mees. Maar Bernard zag zijn talenten al wel: ,,He plays very well!”

De partij van Bastiaan is verrassend snel afgelopen. Na drie kwartier balt zijn opponent de vuist. ,,Ik kan wel schakeritus hebben”, refereert Bastiaan aan de dartsaandoening. ,,Ik sloeg met verkeerde stukken en deed domme dingen. Het is, net als bij mijn aandoening, gewoon accepteren en doorgaan”, klinkt de analyse. ,,Maar je weet dat je soms tegen goede tegenstanders speelt. We zijn een open toernooi, dus hele goede spelers zijn ook welkom. In die zin kennen wij geen grenzen.”





terug naar begin van de pagina
Terug naar de nieuwspagina

Einde pagina

     
 
   
 
 

Laat de tekst voorlezen met ReadSpeaker
 

Wijzig weergave van schaakstellingen
Toon als diagram
Toon in woorden
Toon in korte notatie