Nieuws van derden Schaakproblemen Fen-code omzetten Toegankelijke schaakprogrammas Inloggen Onze webshop Privacy reglement
|
18-05-2011 ONK2011: PARTIJ BERTUS GROOT - Richard GooijersIn de vierde ronde van het afgelopen Open Kampioenschap van de NSVG in februari speelde Bertus Groot een spannende partij tegen Richard Gooijers, die op verzoek van de winnaar becommentarieerd wordt door de trainer van de NSVG.
Bertus Groot – Richard Gooijers Open Kampioenschap NSVG 2011 Ronde 4 Siciliaans
1. e4 c5 2. Pf3 d6 3. d4 cxd4 4. Pxd4 Pf6 5. Pc3 e5 6. Lb5+! Bertus kent zijn openingstheorie! Zelfs van deze betrekkelijke onbekende variant van het Siciliaans. 6...Ld7 7. Lxd7+ Dxd7 Beter is 7...Pbxd7. 8. Pf5! Opnieuw de beste zet. 8...a6 9. 0-0 Pc6 10. Le3 Pb4? Een niet zo nuttige paardensprong. Het paard heeft op b4 niets te zoeken. Zwart had eventueel wel 10...Pxe4!? kunnen spelen. 11. a3 Pxe4? Maar nu is deze zet wel fout! 12. Pxg7+ Lxg7 13. Pxe4 Nu staat zowel het paard op b4 als de pion op d6 aangevallen. 13....d5? Zwart had beter zijn paard kunnen terugtrekken. 14. axb4? Wit had heel goed Pc5! kunnen spelen met stukwinst. Nu komt zwart er zonder kleerscheuren vanaf. 14....dxe4 15. Dxd7+ Kxd7 Na alle verwikkelingen is een interessant eindspel ontstaan waarin het ongeveer gelijk staat.
Stelling: Wit: Kg1 Tf1 Ta1 Le3 pi b2 b4 c2 f2 g2 h2 (10 stukken) Zwart: Kd7 Ta8 Th8 Lg7 pi a6 b7 e5 e4 f7 h7 (10 stukken)
16. Tad1+ Ke6 17. Lb6 Tac8 18. c3 h5 19. h3 f5 Beide spelers hebben een aantal uitstekende zetten gedaan. 20. Tfe1 Tc4 Zwart dekt de e-pion om op de volgende zet f4 te kunnen spelen. 21. Lc5 Opnieuw een nuttige zet. Wit beperkt de bewegingsvrijheid van de zwarte toren op c4 en maakt een steunveld op d6 om op de d-lijn actief te kunnen worden. 21....f4 22. Td6+ Dit kan geen slechte zet zijn, maar een nog beter plan was om 22. Tc1 te spelen met de vervelende dreiging b3, dit om de zwarte toren te bedreigen. 22... Kf5 23. Td7 Tg8 24. Ted1? Niet zo goed. Wit had de toren beter op e1 kunnen laten staan om de opmars van de zwarte pion naar e3 tegen te houden. 24....f3 25. g3 Lf6 Logischer is 25...Lh6 om direct e3 te dreigen. 26. Txb7 Lg5 Hoewel wit een pion heeft gewonnen, heeft zwart nu wel tegenkansen met zijn machtige pionnencentrum. 27. Ta7? Met 27. Te1 had wit e3 alsnog kunnen voorkomen. Ook 27. Td6 met de dreiging Tf7+ kwam in aanmerking 27...e3! 28. Lxe3? Maar dit is pas echt fout. Beter 28. fxe3. Na 28...Ke4 29. Te1 of 28...Txc5 29. bxc5 Lxe3+ 30. Kh2 Lxc5 lijkt wit het te kunnen houden. Nu komt wit glad verloren te staan. 28...Lxe3 29. fxe3 Txg3+ 30. Kf2 Niet 30. Kh2 want dan volgt 30...Tg2+ 31. Kh1 Th4 met matdreiging. 30....Txh3 31. Tf7+ Ke4 32. Tb1 h4 33. Th7 Th2+ 34. Kg1 Tg2+ 35. Kh1 Kxe3 36. Th5 Te4 37. Te1+ Te2 Na deze zet is de volgende stelling ontstaan:
Stelling: Wit: Kh1 Te1 Th5 pi b2 c3 b4 (6 stukken) Zwart: Ke3 Te4 Te2 pi a6 e5 f3 h4 (7 stukken)
38. Tf1 Tg4? Een enorme bok van Richard. Na 38...f2 39. Tf5! Tf4! 40. Txe5+ Kf3 41. Td5 Te1 had zwart snel kunnen winnen. Nu ontsnapt Bertus, slim als hij is! 39. Txe5+ Kf4? Beter 39... Kd3 40. Td5+ Ke4 41. Tff5 Txb2 en zwart zal remise kunnen houden. 40. Txe2! Ook dat nog. Zwart kan vanwege de penning niet terugnemen op e2 en gaf daarom op. Bertus was zeer in zijn nopjes met deze ontsnapping. Maar Richard had toch bijna gewonnen.
René Buisman
terug naar begin van de pagina
Terug naar de nieuwspagina
Einde pagina
|
|